Anababa | Expertise voor Ouders

© Copyright Applinet Bron: https://www.anababa.nl

IVF

IVF (in vitro fertilisatie) is een intensieve behandeling voor bijvoorbeeld vrouwen met afgesloten eileiders. Ongeveer de helft van de behandelde paren krijgt via IVF een kind.

IVF heet ook wel reageerbuisbevruchting.

Voor wie is IVF?

Je komt in aanmerking voor IVF als:

  • je eileiders afgesloten of verwijderd zijn;
  • je na IUI of een vruchtbaarheidsoperatie nog steeds niet zwanger bent;
  • zwanger worden niet lukt, maar de oorzaak daarvan niet bekend is;
  • je zware endometriose (wildgroei van baarmoederhalsslijmvlies in de buikholte) hebt;
  • je partner zwak zaad heeft;
  • je een hormonale stoornis of niet goed werkende eierstokken hebt;
  • je een eicel van iemand anders krijgt door eiceldonatie.

Beslissende factoren

De belangrijkste factoren die bepalen of IVF voor jullie geschikt is, zijn:

  • de leeftijd van de vrouw. Ben je ouder dan 41? Dan kom je waarschijnlijk niet meer in aanmerking voor IVF. De kans op zwangerschap neemt af, en de risico’s op complicaties nemen toe;
  • de kwaliteit van het zaad van de man;
  • de periode dat jullie zonder succes zwanger proberen te raken.

Let op: de leeftijdsgrens waarop je niet meer in aanmerking komt voor IVF verschilt van kliniek tot kliniek. Vraag daar dus naar als je op zoek gaat naar een kliniek.

Houd rekening met een wachtlijst

Zodra jullie beslissen om voor IVF te gaan, komen jullie op een wachtlijst. Houd dus rekening met een wachttijd. De wachttijd kan verschillen per kliniek.

Kijk je verzekeringspolis na

Niet alle zorgverzekeringen vergoeden IVF-behandelingen. Soms vergoeden ze een beperkt aantal pogingen, of alleen een deel van een poging. Kijk dus goed op je polis! Bel desnoods met je verzekeraar als er iets niet duidelijk is. Vergelijk de dekking van jouw verzekeraar ook met andere verzekeraars. Misschien loont het de moeite om over te stappen. Dat kan trouwens maar één keer per jaar.

Zo werkt IVF

IVF bestaat uit vier fasen. Een hele behandeling duurt ongeveer vier weken.

  • het stimuleren van de eicelrijping
  • het verwijderen van de eicellen uit de eierstok (de punctie)
  • de bevruchting in het laboratorium
  • het plaatsen van de bevruchte eicel in de baarmoeder

Het stimuleren van de eicelrijping

Als eerste krijg je hormonen om je eigen menstruatiecyclus stil te leggen. Daarna slik je of prik je medicijnen om de eicellen te laten rijpen en de eisprong op gang te brengen. Met een vaginale echo bekijkt de arts hoe de eicellen op de hormonen reageren.

De eicelpunctie

Zodra de eicellen rijp zijn, vindt de punctie plaats om de eicellen uit je eierstokken te halen. Dat gebeurt poliklinisch. De punctie kan pijnlijk zijn: je kunt dan ook een plaatselijke verdoving krijgen.

  • De arts brengt een holle naald door de wand van de schede om de eierstok te bereiken en de follikels aan te prikken.
  • Met de naald worden de eicellen uit de follikels gezogen.
  • De eicellen worden bewaard in een speciale vloeistof.

Na de behandeling

De punctie duurt in totaal ongeveer een kwartier. Daarna mag je even uitrusten en kun je meteen weer naar huis. Zorg ervoor, dat je niet zelf naar huis hoeft te rijden. En neem de dag na de punctie vrij. Na de punctie krijg je opnieuw hormonen, nu om je baarmoeder voor te bereiden op een eventuele innesteling van de bevruchte eicel.

Sperma van je partner

Op de dag van de punctie levert je partner vers sperma in, dat in het laboratorium bewerkt wordt. Daarmee blijven er zo veel mogelijk beweeglijke zaadcellen over.

De bevruchting in het laboratorium

De eicellen en de zaadcellen worden in het laboratorium samengebracht. Wat gebeurt er precies?

  • Op dag 0 is de punctie en wordt het zaad bij de eicellen gebracht.
  • Op dag 1 wordt de bevruchting gecontroleerd.
  • Op dag 2 heeft er celdeling plaats gevonden. De embryo's moeten dan uit 2 tot 4 cellen bestaan. Meestal word je op dag 2 gebeld of er embryo's zijn ontstaan en of de terugplaatsing door kan gaan.
  • Doorgaans vindt de terugplaatsing plaats op dag 3 om het beste embryo te selecteren.
  • Geschikte embryo's die niet worden teruggeplaatst, kunnen worden ingevroren en in een andere cyclus worden ontdooid en teruggeplaatst. Niet alle embryo's overleven dit proces.

De plaatsing van embryo's in je baarmoeder

Twee tot vijf dagen na de punctie worden de embryo's teruggeplaatst in je baarmoeder. Dat zijn er vrijwel nooit meer dan twee vanwege de grote kans op een meerlingzwangerschap. De arts brengt de bevruchte eicellen in met een dun slangetje. Dat doet geen pijn, maar je kunt er een lichte kramp van krijgen. Na de plaatsing kun je gewoon weer naar huis. Ben je na twee weken niet ongesteld geworden? Dan kun je een zwangerschapstest doen.

Kans op zwangerschap

De kans dat je van een IVF-behandeling zwanger wordt is ongeveer 25 tot 30 procent. Het risico op een miskraam is 25 procent. Na drie IVF-behandelingen heeft 40 tot 50 procent van de stellen een kind. Bij ongeveer de helft van alle paren die IVF proberen, heeft de behandeling dus geen resultaat. De volgende stap na IVF is ICSI.

Risico’s

  • Bij IVF heb je een kleine kans op een infectie optreedt. Krijg je last van koorts, buikpijn of andere afscheiding dan normaal? Neem dan contact op met het ziekenhuis.
  • Verder geeft de hormoonbehandeling kans op een meerlingzwangerschap of overstimulatie van de eierstokken.
  • Na de eicelpunctie kan soms een kleine bloeding optreden. Heb je buikpijn of vaginaal bloedverlies? Neem dan ook contact op met het ziekenhuis.
  • Bij IVF heb je een verhoogde kans op een buitenbaarmoederlijke zwangerschap en een miskraam.

Gevolgen voor je kind

Kinderen die zijn geboren na een IVF-behandeling, hebben geen grotere kans op aangeboren afwijkingen. Ze worden wel iets vaker te vroeg geboren, en zijn gemiddeld iets lichter. Maar het lijkt er niet op dat dit gevolgen heeft voor de rest van hun leven. Je kunt je ongeboren kind laten onderzoeken op aangeboren afwijkingen.

Bronnen

Auteur: MP. © Copyright Applinet 2009-heden.