Anababa | Expertise voor Ouders

© Copyright Applinet Bron: https://www.anababa.nl

Mijn kleuter heeft maar één vriendje

Heeft je zoon of dochter maar één vriendje of vriendinnetje? En maak je je daar zorgen over? Niet nodig, vindt ontwikkelingspsycholoog Steven Pont. Lees hieronder de tips die hij heeft voor ouders die zich zorgen maken over de sociale ontwikkeling van hun kind.

Mijn zoontje van 4 heeft eigenlijk maar één vriendje. Wat moet ik daarvan vinden? Is dat niet wat weinig?

Tja, dat hangt er een beetje vanaf. We zijn allemaal anders en dat geldt natuurlijk ook voor kinderen. Maar waar maak je je nou eigenlijk precies zorgen over?

Nou, ik denk soms wel eens dat hij zich best eenzaam voelt.

OK, dat begrijp ik. Maar misschien gaat die gedachte toch wat meer over jou dan over je zoontje. Jíj zou je eenzaam voelen met maar één vriendinnetje of vriendje, maar dat hoeft voor je zoontje niet te gelden. Maakt hij verder een ongelukkige indruk?

Nee, dat niet. Maar je moet toch met meer mensen omgaan?

Wees maar niet bang, hij gaat heus nog wel met andere mensen om. Hij kiest ze alleen niet als vriendje uit. Dat kan een fase zijn: zijn vriendje kan hem nu alles leveren wat hij op dit moment wil. Hij heeft in hem misschien gewoon een ‘perfect match’ gevonden.

Ja, ze vinden dezelfde dingen leuk en zijn echt altijd samen!

Precies. Maar dat blijft echt niet altijd zo. Naarmate je ouder wordt, krijg je er wat meer dimensies bij. Met de ene vriend sport je, met de ander heb je diepe gesprekken, met een derde kun je ontzettend lachen. Maar als je jonger bent gaat vriendschap vooral om dingen samen doen. Pas later ga je je interesseren voor hoe de ander denkt bijvoorbeeld. Maar nu draait het hele leven om één ding: spelen!

Ze doen niet anders…

Aha, hij heeft dus wat hij wil: een speelkameraadje dat hem goed aanvoelt en andersom. Je moet je pas zorgen maken als je merkt dat je zoontje zélf ongelukkig is met de situatie, of als je denkt dat hij een soort sociale achterstand heeft.

Nee hoor, ik vind alleen één vriendje zo weinig! Wat als die verhuist?

Aan ‘wat-als’-vragen doen we niet. Laten we proberen sec naar de situatie te blijven kijken: je zoontje doet het goed, hij heeft contact met andere kinderen. Het enige wat hij doet is dat hij er daarvan eentje speciaal heeft uitgekozen als zijn echte vriendje. Door dat ene vriendje heeft hij mogelijkheden genoeg om zich verder te ontwikkelen: rekening houden met andere mensen, openstaan voor suggesties van anderen, al dat soort zaken. Niet alles wat anders is dan normaal, is meteen ook een probleem.

Wanneer kan ik verwachten dat mijn zoontje zich verder ontwikkelt en nieuwe vriendschappen aangaat?

Misschien doet hij dat wel niet en blijft hij gewoon de voorkeur houden voor het hebben van één goede vriend. Nogmaals: je moet echt af van het idee dat er iets mis is met je zoon.

Ik had vroeger hele sloten vriendjes en vriendinnetjes. Maar misschien zeggen mijn vragen inderdaad wel meer over mij dan over hem.

Dat lijkt me een mooi uitgangspunt om van die twee mannetjes te kunnen genieten!

Auteur: Steven Pont

Auteur: MP. © Copyright Applinet 2009-heden.