Praat en lees met je kind, om zijn
taalontwikkeling te
stimuleren.
Alle informatie over ouderschap op een rij
© Copyright Applinet Bron: https://www.anababa.nl
Je baby is, zeker in het begin, nog hulpeloos. Hij kan nog niet weglopen van iets wat hij niet leuk vindt. Het is jouw taak om hem liefde, warmte en veiligheid te bieden.
Een warme band opbouwen met je kind is cruciaal in de eerste periode. Als jij je baby veel aandacht geeft en hem veel knuffelt, dan leg je een goede basis voor zijn verdere ontwikkeling.
Vanaf het allereerste moment communiceer je met je baby. Als hij wakker is, praat je tegen hem en zing je liedjes voor hem. Je vertroetelt en verzorgt hem, en knuffelt met hem. Steeds meer merk je dat je baby daarop reageert. Hij wordt rustig als je hem knuffelt, of stopt even met zuigen als je tegen hem praat terwijl je hem voedt. Het hangt daarbij van zijn temperament af of hij rustig wordt van jouw stem, of juist extra actief. Op jouw beurt reageer jij weer op je kind. Zo ontwikkelen jullie je eigen reactiepatronen. Positieve reactiepatronen zijn belangrijk voor de emotionele ontwikkeling van je kind: als jij positief op hem reageert, zal hij zich veilig bij je voelen. Veel van dit soort reactiepatronen ontwikkelen zich helemaal intuïtief.
Je kunt je baby al vrij vroeg zien glimlachen: zijn mondhoeken krullen op. Maar in de eerste weken is dat nog geen reactie op wat er in zijn omgeving gebeurt. Pas tussen 4 en 10 weken is een lachje een reactie op de omgeving. Na 10 weken is de glimlach van je baby een ‘sociale lach’: dan reageert hij pas echt op het contact met jou. Hij kan je dan namelijk pas echt goed zien. Langzaamaan raakt hij steeds meer geïnteresseerd in zijn omgeving en lacht spontaan en breeduit tegen iedereen die tegen hem praat of die hem aanraakt. In de eerste maanden lacht je baby tegen iedereen die hij ziet. Vanaf ongeveer 6 maanden lacht hij het meeste naar mensen die hij kent.
Je baby heeft nog maar weinig specifieke emoties, en ook maar weinig manieren om die uit te drukken. In feite lacht hij als hij zich lekker voelt, en huilt hij als hij zich niet lekker voelt.
Al meteen vanaf het begin kan je baby dingen voelen die niet prettig voor hem zijn. Hij kan schrikken van fel licht of een hard geluid, of pijn voelen als hij darmkrampjes heeft. Vanaf een maand of 3 kan hij met een schrikreactie reageren op een onaangename ervaring. Maar de eerste echte emotionele angstreactie heeft je kind pas rond 9 maanden: dan wordt hij namelijk eenkennig. Hij kan dan het verschil zien tussen jou (of je partner) en een vreemde. Hij wil dan liever niet door een vreemde worden vastgehouden.
Vanaf 6 maanden ontdekt je baby dat hij steeds meer kan. En hij wil ook steeds meer. Maar soms kan hij dat nog niet. En daar kan hij best boos om worden. Die boosheid (of frustratie) is goed: het is de motor die hem aanzet tot verdere ontwikkeling. Gelukkig is zo’n boze bui vaak snel over als je hem afleidt met een ander speeltje.
In de periode tussen 9 en 12 maanden wordt je kind nieuwsgierig: hij wil weten wat iets is, wat het kan, wat hij ermee kan en wat ermee gebeurt als hij het weggooit, wegrolt of ergens anders in stopt.
Lees ook over de lichamelijke ontwikkeling en cognitieve ontwikkeling van je baby.
Auteur: MP. © Copyright Applinet 2009-heden.