Anababa | Expertise voor Ouders

© Copyright Applinet Bron: https://www.anababa.nl

Steven Pont over opvoeden

Steven Pont is ontwikkelingspsycholoog en auteur van onder meer ‘Mensenkinderen!’ en ‘Sociaal? Vaardig!’. Als gezinstherapeut heeft hij ruime ervaring in het begeleiden van ouders en kinderen. In dit interview deelt hij zijn kijk op opvoeden. En hoe voedt hij zijn eigen zoons (van 9 en 10) op? 'Ik ben een strenge vader.'

Wat zijn de basiswaarden die je je kind als ouder moet meegeven? Wat zou je kompas bij het opvoeden moeten zijn?

‘Liefde. Zonder alles te accepteren. En ervan overtuigd zijn dat niet elke begrenzing ook een beperking betekent.’ Pont laat even een stilte vallen en gaat dan verder: ‘Liefde gaat over hechting. Hechting is ongelofelijk belangrijk. Oorspronkelijk dachten onderzoekers dat een kind met name in de eerste anderhalf tot twee jaar bezig is om zich te hechten, op zoek is naar een veilige plek bij personen om zich heen. Maar inmiddels zijn deskundigen het erover eens dat die hechting de rest van je leven doorgaat. Ook als volwassene heb je behoefte aan hechtingsfiguren, aan mensen in je omgeving die hechtingsgedrag vertonen. Hechting loopt als een rode draad door elk mensenleven. Want wij zijn nu eenmaal, meer dan welk ander wezen ook, sociale wezens! Een goede hechting in je jeugd geeft een grotere kans op stabiele relaties als volwassene.’

Je zei net: niet elke begrenzing is een beperking. Wat bedoel je daarmee?

‘Sterker nog: een beperking kan juist een verrijking zijn. Een begrenzing betekent ook een verdieping. Af en toe ‘nee’ zeggen tegen je kind is heel goed. Kijk, de belangrijkste boodschappen aan je kind zijn: ‘ik mag er zijn’ en ‘ik kan het aan’. ‘Ik mag er zijn’ betekent liefde. En ‘ik kan het aan’ betekent ook: ik kan teleurstellingen aan. Door je kind te begrenzen leert hij om te gaan met teleurstellingen. Een opvoeding zonder teleurstellingen bereidt je kind niet voor op een bestaan waarin teleurstelling een van de terugkerende factoren is. Het is niet goed om daar pas na je achttiende mee in aanraking te komen. Maar je moet wel altijd uitleggen waarom je ‘nee’ zegt. Al begrijpt je kind de reden nog niet helemaal, het is belangrijk dat hij weet dat jij niet zomaar willekeurig iets verbiedt.’

Aan de ene kant wil je je kind de vrijheid geven om te experimenteren. Aan de andere kant wil je ook dat hij dingen leert, sociaal wenselijk gedrag vertoont bijvoorbeeld. Hoe combineer je die twee in de opvoeding?

‘Opvoeden valt uiteen in twee delen: aan de ene kant heb je dingen als op tijd naar bed gaan, tanden poetsen enzovoorts. Het ‘zorgen voor’. Aan de andere kant is er wat ik noem de ‘menswording’. Dat heeft met beschaving te maken. Zichzelf netjes kunnen voorstellen bijvoorbeeld. Ik heb dat met mijn kinderen geoefend: hoe geef je iemand een hand? Een stevige knuist geven, de persoon aankijken en zeggen wie je bent. Dat vind ik belangrijk. Maar bijvoorbeeld ook je steentje bijdragen in het huishouden. Ook daarover mag je eisen stellen aan je kind.

Ik ben een strenge vader. Als een vriendje bij ons heeft gespeeld en naar huis gaat, wil ik dat mijn zoon met hem mee naar de voordeur loopt en afscheid neemt. Mijn zoons smeren hun eigen brood, leggen hun eigen gymkleren klaar, dekken de tafel en ruimen die ook weer af. Als je daar vroeg mee begint - met een jaar of 7, 8 - dan lukt het je nog om ze dat aan te leren. Dat hebben ze in kleine stapjes geleerd: eerst alleen brood smeren voor de kleine pauze op woensdag. En als dat goed gaat, dan kun je dat ook voor de hele week. De meeste ouders beginnen daar laat mee, zo rond de puberteit. En dan lukt het niet meer zo gemakkelijk. Mijn zoons vinden het normaal om hun eigen brood te smeren. Zij vinden het zelfs raar dat andere kinderen hun brood niet zelf smeren. Volgende stap is dat ze de afwasmachine gaan inruimen.

Je kunt streng zijn aan de ene kant en loslatend aan de andere kant. Vrijheid en verantwoordelijkheid gaan samen op! Mijn kinderen mogen op vrijdag kiezen wat we eten. Maar ze doen daar ook zelf de boodschappen voor. Dan krijgen ze geld mee en gaan ze inkopen doen bij de supermarkt. Als ik zie dat zij dat aankunnen, dan mogen ze het zelf doen. Geef je kind eerst het vertrouwen dat hij het zelf kan. En laat het hem dan ook doen. Tegelijk hou je er rekening mee dat het ook mis kan gaan. Maar dat geeft niet. Want daar leert hij ook weer van.’

Meer lezen

Dit is het derde deel van een interview dat oud-hoofdredacteur Marèse Peters met Steven Pont had op 11 maart 2013. Lees ook de andere delen over kinderopvang en ouderschap.

Auteur: MP. © Copyright Applinet 2009-heden.