Praat en lees met je kind, om zijn
taalontwikkeling te
stimuleren.
Alle informatie over ouderschap op een rij
© Copyright Applinet Bron: https://www.anababa.nl
Om beter te begrijpen hoe borstvoeding werkt, is het handig om te weten hoe de melkproductie in je borsten in zijn werk gaat. En wat de toeschietreflex bijvoorbeeld is.
In je borsten zitten melkklieren. Melkklieren kun je je het beste voorstellen als kleine bolletjes melkproducerende cellen die rondom een verzamelholte liggen. De verzamelholtes staan in verbinding met melkkanaaltjes, die lopen tot aan de tepel. In je tepel zitten verschillende gaatjes waar de melk uitkomt.
Je baby masseert je hele tepelhof met zijn tong, kaken en gehemelte. Daardoor worden allerlei zenuwen geprikkeld die in je tepelhof liggen. Dat is het signaal voor je hersenen om twee hormonen aan te maken: prolactine en oxytocine. Prolactine is van belang voor de melkproductie, en oxytocine voor het toeschieten van de melk.
Oxytocine zorgt ervoor dat de spiertjes rond de verzamelholtes zich gaan samentrekken. Daardoor gaat de melk vanuit de verzamelholtes ineens hard door de melkkanaaltjes stromen. Dat is de toeschietreflex.
De melk die je baby als eerste drinkt, is de melk die het langst geleden geproduceerd is en waarvan wat vet tegen de randen van de melkkanaaltjes is achtergebleven. Deze melk is dus wat minder vet (wat wateriger) en wordt vaak ‘voormelk’ genoemd. De voormelk is uitstekend geschikt om de dorst van je baby te lessen. Als de toeschietreflex de melk krachtig door de melkkanaaltjes laat stromen, dan laat het vet aan de randen van de melkkanaaltjes langzaam los. Hoe langer je baby drinkt, hoe vettiger de melk daarom wordt. Die vettige melk wordt ook wel ‘achtermelk’ genoemd.
Check: Door de benaming ‘voormelk’ en ‘achtermelk’ ontstaat vaak het idee dat er twee verschillende soorten melk bestaan. In feite is het steeds dezelfde melk, die alleen steeds ietsje vettiger wordt. Dat is een heel geleidelijk proces.
Hoe vaak en hoe veel je baby bij je drinkt, bepaalt de hoeveelheid melk die je borsten produceren.
In de eerste weken van de borstvoeding stemmen de vraag van je baby en het aanbod van jouw borsten zich op elkaar af. Als dat niet helemaal goed gaat, dan kun je bijvoorbeeld last hebben van te veel melk of te weinig melk.
Auteur: MP. © Copyright Applinet 2009-heden.